Disruptieve innovaties lijken soms als donderslag bij heldere hemel te komen. Ze lijken het resultaat van een geniaal idee dat in één zwaai een hele industrie op zijn kop zet. Maar niets is minder waar. De bedrijven die nu de dienst uitmaken in de digitale wereld zijn het resultaat van drie dingen:
1. kleine stapjes | 2. leren | 3. bijsturen
Ze begonnen allemaal klein
Apple begon in een garage, Google met één server en Facebook als een studentengrap. En Twitter begon als podcast-bedrijf. Toen de oprichters merkten dat ze daarmee niet hun doelen bereikten, werden ze een communicatieplatform. Eén van de redenen waarom Twitter zo goed aansloeg was de beperking van maximaal 140 tekens. Die was niet van tevoren bedacht. De oprichters wilden zoveel mogelijk bereik. Daarom moesten berichten ook als SMS verstuurd kunnen worden. SMS was toen nog beperkt tot 140 tekens. De hashtag, die zorgde voor nog meer groei, is niet door Twitter bedacht. De hashtag was een hack van een gebruiker. Twitter adopteerde die. Dus: wat nu een geniaal plan lijkt, is een toevallige samenkomst van kleine ideeën, leermomenten en slimme aanpassingen.
Ze ontwikkelen voetje-voor-voetje
Startups innoveren door dingen in kleine stapjes uit te proberen, daarvan te leren en meteen bij te sturen. Ze doen dat omdat de snelheid en complexiteit van hun digitale wereld zo groot zijn geworden dat niemand het geheel meer kan overzien. Niemand kan meer een Masterplan voor een product maken, dat bouwen en dan uitrollen. Vantevoren kun je niet meer bepalen of en hoe iets gaat werken. Zeker met de toegenomen verwachtingen van gebruiker (voor minder dan de UX van Coolblue doen we het niet meer) en de enorme concurrentie is een flexibele aanpak nodig. Snel leren van met name de gebruiker is de norm. Je wilt zo snel mogelijk weten of de aannames die in je strategie of product zitten ook echt werken voor de gebruiker.
Deze aanpak is niet alleen goed voor startups. Ook gevestigde bedrijven kunnen dit heel goed toepassen. Zij hebben vaak wel het kapitaal en dus de tijd om nieuwe dingen te ontwikkelen, maar dat is niet altijd een voordeel. Sneller werken dwingt je tot de essentie te komen. Snel iets uitproberen leidt tot sneller leren en dus sneller innoveren.
Designers maken het toetsbaar
In deze cyclus van maken, testen en leren kan design een cruciale rol spelen. Designers zijn gewend om iets te maken op basis van onvolledige informatie. Daarbij kunnen ze dingen visueel maken. Dat zorgt voor duidelijkheid en biedt een platform voor de communicatie tussen collega's en met de gebruiker. Designers kunnen snel prototypes maken om ideeën te testen en nuttige informatie op te halen. Wij hebben in diverse trajecten gemerkt dat design de katalysator is in dit innovatieproces. Design kan het proces versnellen, helpen het risico te managen en bijdragen aan de meerwaarde van een project. Onder de noemer design thinking bieden nu allerlei instanties diensten aan, maar wij hebben merken dat ook bij design thinking ervaring en vaardigheden tellen. Het betrekken van designers met ervaring en kennis van bedrijfskundige processen en principes levert in onze ervaring de beste resultaten.